Definities:

Een procedure waarbij een opdrachtgever bekend maakt dat hij een opdracht wil laten uitvoeren en partijen vraagt een offerte in te dienen.

Een lijst met aanbevelingen ten aanzien van de ingebruikname, doorgeschoven issues en mogelijke bedrijfsrisico's.

Een deel van het eigendom van een bedrijf.

Nominale waarde geplaatste kapitaal dat door de aandeelhouders is gestort.

Een voorveronderstelling waarvan uit wordt gegaan

De reserve op het eind van iedere niet-kritieke keten van activiteiten, voordat deze keten aansluit op het kritieke pad

In het bestuursrecht het recht dat van toepassing is in die gevallen dat er geen wettelijke bepalingen zijn opgenomen in andere onderdelen van het bestuursrecht. In privaatrecht een synoniem voor het regelend recht.

Zie Integrale kostprijsberekening.

Een expliciete bevestiging door degene die de opgeleverde producten daadwerkelijk gaan beheren en onderhouden, dat de op te leveren producten voldoen aan de acceptatiecriteria en geschikt zijn voor gebruik.

Een vereiste waarde op een gedefinieerde schaal waaraan een op te leveren product moet voldoen voordat de klant het product accepteert.

Een test op ‘fit for use’ door gebruikers en beheer & onderhoud.

Het nemen van een weloverwogen en bewuste beslissing om de bestaande dreiging van een risico te accepteren zoals die is, omdat het niet loont daar nu al op te acteren.

Een risico accepteren of zelfs verhogen om van een mogelijke kans gebruik te maken.

Een krediet waarbij de schuldeiser in het geval van faillissement van de schuldenaar wordt achtergesteld.

Een techniek waarbij de luisteraar door middel van hm’en, papagaaien, spiegelen en samenvatten laat zien dat hij luistert.

Iets waarmee men actief is, vaak in projecten te onderscheiden naar inhoudelijke activiteiten en beheersactiviteiten.

Een activiteitenstroomschema met daarin aangegeven de tijdsafhankelijkheden tussen de activiteiten.

Een activiteitennetwerk met de activiteiten in de knooppunten.

Een bedrijfsmiddel van een organisatie.

Het geven van raad aan anderen.

Een omschrijving van wat niet tot de scope behoort, waardoor de omvang van de scope nauwkeuriger wordt bepaald

De relatie waarbij een situatie, proces of activiteit bepaald wordt door een andere situatie, proces of activiteit.

De boekhoudkundige waardedaling van een materiele vaste activa.

De voltooiing van een project nadat de resultaten van het project zijn opgeleverd.

Een product dat door het project is/wordt opgeleverd, maar (naar verwachting) niet voldoet aan de specificaties c.q. niet is/wordt opgeleverd. Een afwijking van specificatie is een type issue.

Een plan dat wordt opgesteld naar aanleiding van een dreigende overschrijding van de toleranties als vervolg op een Afwijkingsrapport. Dit vervangt het plan waarbinnen de afwijking optreedt en beschrijft de periode vanaf de afwijking tot aan het einde van de planperiode van dat plan.

Een rapport waarin een afwijking wordt beschreven. Hierin wordt de afwijking, de oorzaken van de afwijking, de mogelijke tegenmaatregelen, een analyse van de tegenmaatregelen en een advies welke tegenmaatregelen het meest in aanmerking komen omschreven.

Een conceptueel raamwerk voor het flexibel en iteratief doorvoeren van veranderingen.

Een besluit van de regering, waarin wettelijke regels nader worden uitgewerkt

De voorwaarden die bedoeld zijn om deel uit te maken van een aantal overeenkomsten, met uitzondering van die voorwaarden die de kern van de prestaties aangeven.

Een schattingsmethode waarbij gebruik wordt gemaakt van ervaringswaarden uit voorgaande projecten.

Een techniek waarbij je een overeenkomst tussen twee zaken als grondslag neemt voor een redenering.

Een analyse die omvat de inventarisatie van belanghebbenden, het in kaart brengen van hun onderlinge relaties en het inschatten van hun belang, invloed en hun relatie t.o.v. het project.

De inschatting van de waarschijnlijkheid, impact en horizon van de individuele risico’s en kansen en van het geaggregeerde risico- en kansniveau.

Een geschillenbeslechting door derden welke in plaats komt van een rechtszaak.

Het ondersteunen van standpunten met één of onderbouwingen.

Tastbare hulpproducten.

Het op een niet kwetsende, tactvolle manier opkomen voor de eigen mening, behoeften en belangen.

Het alleenrecht van een auteur om zijn werken van literatuur, wetenschap of kunst te openbaren of verveelvoudigen. Onder het auteursrecht vallen ook het portretrecht en het beeldrecht.

Een systematische en onafhankelijke beoordeling of de voorgeschreven processen ook worden nageleefd.

Een structuur waarbij projecten geheel los van de staande organisatie worden uitgevoerd.

Een besluitvorming waarbij één persoon uiteindelijk de beslissing neemt.

Een overeenkomst waarbij een deel van de aanneming of levering geheel door een derde wordt verzorgd onder verantwoordelijkheid van de aannemende partij, waarbij alle rechten en plichten van de leverancier respectievelijk aannemer jegens de opdrachtgever één op één worden doorgegeven aan die derde.

Het verduidelijken, verbeteren, prioriteren en schatten van de Product Backlog.

Is een techniek voor het evalueren van complexe doelstellingen. In bedrijven worden in een Balanced Score Card meestal de categorieen financieel, klanten, interne bedrijfsvoering en ontwikkeling en groei onderscheiden.

Is een techniek voor het evalueren van complexe doelstellingen. In bedrijven worden in een Balanced Score Card meestal de categorieen financieel, klanten, interne bedrijfsvoering en ontwikkeling en groei onderscheiden.

Een overzicht van de bezittingen en verplichtingen uitdrukt in geld.

Een grafische weergave van activiteiten in de tijd, waarbij op de verticale as alle activiteiten met hun doorlooptijden staan aangegeven en op de horizontale as de projectkalender.

Een contract waarin de bank van de betalingplichtige aan de andere partij onvoorwaardelijk garandeert een bedrag te betalen, indien daar aanspraak op kan worden gemaakt.

Tijdelijk krediet dat in principe binnen een jaar opeisbaar is.

Een vastgestelde status van een situatie die dient als referentie voor verdere werkzaamheden.

De meetbare verandering die als positief wordt ervaren door één of meerdere belanghebbenden.

Het geheel van managementactiviteiten om de mogelijke baten te optimaliseren en negatieve effecten te minimaliseren.

De beoordeling of de beoogde baten inderdaad zijn gerealiseerd.

Een plan dat aangeeft hoe, wanneer en door wie de te realiseren baten zullen worden gemeten.

Het fenomeen dat partijen in een overeenkomst hun eigen algemene voorwaarden proberen van toepassing te verklaren.

Een acroniem voor het Beste Alternatief Zonder Overeenstemming, dat kan worden gerealiseerd als een onderhandeling niet tot een resultaat leidt.

De ethiek aangaande de verschillende waarden en normen die een rol spelen bij de morele keuzen die door een bedrijf worden gemaakt.

Kosten van de algemene bedrijfsvoering, zoals kosten personeel en huisvesting.

Een model om de essentiele aspecten van een organisatie te beschrijven.

Totaal van de operationele baten en lasten.

De persoon binnen het programma die ervoor verantwoordelijk is dat ‘zijn’ afdeling de gestelde targets ook realiseert.

Een denkwijze binnen de ethiek waarbij de oplossing van een ethisch probleem steeds recht doet aan een of meer beginselen.

Het berekenen van de kostprijs.

Een berekening van de kostprijs.

Een managementlaag waarnaar moet worden gerapporteerd.

De activiteiten die nodig zijn om het project goed te laten verlopen.

Het cyclische proces om een project te beheersen.

De verschillende instrumenten die kunnen worden ingezet bij het beheersen van een project.

De verschillende procedures die kunnen worden ingezet bij het beheersen van een project.

Een element in de WBS waarop beheersing aangrijpt en waarover gerapporteerd wordt.

Een kwestie waaraan betrokkenen voordeel ontlenen of, indien ze geschaad worden, nadeel van ondervinden.

Een persoon, groep of organisatie die belang of invloed heeft, of meent te hebben, bij een initiatief.

Een bellendiagram is een spreidingsdiagram waarin de gegevenspunten worden vervangen door bellen en waarbij aan de grootte van de bellen een betekenis wordt toegekend.

Het vergelijken van de eigen processen en producten met de prestaties van andere organisaties.

Een persoon of entiteit die een product beoordeelt op basis van de opgestelde criteria.

Het proces van identificeren, analyseren en evalueren van risico's en kansen.

Een gesprek waarin de leidinggevende zijn oordeel geeft over het functioneren van de medewerker, zowel qua inzet als in kwalitatief en sociaal opzicht.

Een voorwaarde waaraan de uitvoering van een activiteit moet voldoen.

De ethiek aangaande het maken van bewuste keuzen voor normen en waarden, die je naleeft bij de uitoefening van je beroep.

Geeft de eigenaar de bevoegdheid ten aanzien van zijn zaak alle denkbare rechtshandelingen te verrichten.

Een visuele uitsplitsing naar de verschillende alternatieven en de bijbehorende risico's en kansen.

Document op basis waarvan de opdrachtgever beslist wel of niet door te gaan met het project.

Een (meestal) van tevoren bepaald moment in het project waarop de opdrachtgever beslist wel of niet door te gaan met het project (go/no-go moment).

Het proces dat leidt tot een beslissing.

Het raamwerk wie welke beslissingen in een project neemt.

Een sterk innerlijk gevoel van verbondenheid met de omgeving, waardoor motivatie ontstaat.

De mate waarin men erop kan vertrouwen dat een ander een belofte of toezegging na zal komen.

De bescherming van een persoon of object tegen geweld, bedreiging, gevaar of schade.

De instantie die een bepaalde vergunning of concessie kan verlenen.

Het recht van het toewijzen van middelen en het nemen van beslissingen.

Een techniek waarbij je zowel de steekwoorden opschrijft uit een betoog (buitenste luisteren) als in steekwoorden jouw associaties of gedachten naar aanleiding van dat betoog (binnenste luisteren).

Een element waarvan het gedrag bekend is maar niet de inwendige constructie.

Een beschrijving van de organisatie in zijn belangrijkste facetten.

de systematische vastlegging van financiële feiten van een persoon, of organisatie.

De waarde van een productiemiddel zoals die blijkt uit de balans van de onderneming.

Een creativiteitstechniek waarin zo veel mogelijk nieuwe ideeën over een bepaald onderwerp of vraagstuk in een groep worden gegenereerd, waarbij het waardeoordeel over de geopperde ideeën wordt uitgesteld tot na de sessie.

Het aantal producten welke moet worden verkocht om de initiële investeringen terug te verdienen.

Het punt waarop je de onderhandeling afbreekt en een oplossing gaat zoeken voor het probleem buiten de onderhandelende partij om.

Een levering van een standaardoplossing tegen een vaste prijs.

Een interactieve bijeenkomst, waarin deelnemers op een centrale wand of, gezien de naam, strook bruin papier, ideeën plaatsen waarmee vraagstukken kunnen worden opgelost.

De totale tijd die beschikbaar is in een bepaalde periode.

Netto omzet minus kostprijs van de omzet.

Een geautoriseerd bedrag voor het realiseren van een resultaat.

Het monitoren van de bestedingen, uitgaven en verplichtingen, het inschatten van de nog te verwachten kosten, het nemen van de benodige corrigerende maatregelen en het eventueel escaleren bij een dreigende overschrijding van de budgettoleranties naar het naast hogere management.

Het monitoren van de bestedingen, uitgaven en verplichtingen, het analyseren van de status, het inschatten van de nog te verwachten kosten en het eventueel escaleren bij een dreigende overschrijding van de budgettoelranties naar het naast hogere management.

Het controleren of er geen uitgaven worden gedaan die niet in het budget voorkomen of die het budget overschrijden.

Het vaststellen van een budget.

Een grafiek waarop de omvang van de nog uit te voeren User Stories in een Sprint wordt gevisualiseerd.

De zakelijke rechtvaardiging voor het doen van een investering.

Zie risicobudget.

Het plannen van een maatregel die zal worden uitgevoerd in geval dat het risico optreedt en waarmee de negatieve gevolgen van dat risico worden verkleind.

Het toewijzen van de mensen en middelen aan de onderscheidenlijke activiteiten.

Het management van de beschikbare en benodigde mensen en middelen.

Plan voor de inzet van mensen en middelen (uitgezonderd geld).

Het plannen en inzetten van de capaciteit, nagaan of de capaciteit volgens planning maar ook effectief wordt ingezet, en het indien nodig nemen van corrigerende maatrregelen (Plan-Do-Check-Act).

Zie kapitaalkosten.

Als een gebeurtenis plaatsvindt als gevolg van bepaalde andere gebeurtenissen die daar aan vooraf gegaan zijn (oorzaak en gevolg).

Het op basis van een deskundig en onafhankelijk onderzoek waarmerken van een product, proces of persoon.

Financiering tegen overdracht van vorderingen op naam als onderpand voor een schuld.

Alle activiteiten die nodig zijn om gerechtvaardigde vorderingen tegenover derden af te dwingen en (onterechte) vorderingen door derden af te weren.

Het onder gemeenschappelijk risico van de klant en de leverancier uitvoeren van de opdracht.

Een persoon of groep begeleiden bij het zelfstandig vinden van een oplossing voor een probleem.

Een leidinggevende aanpak, waarbij de leidinggevende de medewerker zelf laat nadenken over situaties, de eigen persoonlijke kwaliteiten en verantwoordelijkheden die genomen kunnen worden.

De onaangename spanning die ontstaat bij het kennisnemen van feiten en opvattingen die strijdig zijn met een eigen overtuiging of mening, of bij gedrag dat strijdig is met de eigen overtuiging, waarden en normen.

Uitwisseling van informatie.

Het medium waarop communicatie wordt overgedragen. Informatie kan mondeling, schriftelijk, elektronisch en audiovisueel worden overgedragen.

Een model waarin de relaties tussen zender, bericht en ontvanger schematisch wordt voorgesteld. Dit omvat tenminste de zender, de ontvanger, de boodschap, het kanaal en ruisl.

Een plan dat beschrijft hoe, wanneer en door wie met welke belanghebbenden en met welk doel zal worden gecommuniceerd en de daarbij geraamde kosten en capaciteit.

Het management en ontwikkeling van de competenties van de individuele personen in een organisatie om te zorgen dat deze mensen toegerust zijn en blijven voor hun taakstellingen in een voortdurend veranderende omgeving.

Een besluitvorming waarbij men gezamenlijk een tussenoplossing overeen komt.

De beslissing dat een afwijking van specificatie zonder corrigerende maatregelen is geaccepteerd.

Zie voorwaardelijke risico's en kansen

Het geheel van configuratie-items.

Een product waarvan de status en de (inhoudelijke) kenmerken moeten worden beheerst.

De geregistreerde informatie van een configuratie-item, inclusief de relaties die dat configuratie-item heeft met andere configuratie-items.

Een vastgestelde status van een product op basis waarvan het product moet worden gerealiseerd.

Het management van de configuratie-items en omvat de basisfuncties plannen, identificeren, wijzigingsbeheer, status verantwoorden en verifiëren configuratie-items.

Een database met het totaal van alle configuratie-item records.

De strategie die de procedures, verantwoordelijkheden en technieken beschrijft voor het managen van de configuratie-items.

De processen en ondersteuningssoftware die gebruikt wordt om de Configuratie-item-records te beheren.

De persoon die operationeel verantwoordelijk is voor het configuratiemanagement.

Een botsing van meningen, belangen of karakters.

Een classificatie van de ernst en de diepgang van een conflict.

Een specifieke vorm van gedrag voor het oplossen van conflicten.

De preventiekosten en beoordelingskosten om te voldoen aan de gewenste kwaliteit.

Een besluitvorming waarin alle partijen kunnen leven met de gemaakte keuze.

Een rechtspersoon waarin meerdere partijen samenwerken om een opdracht uit te voeren. waarbij ieder voor eigen rekening en risico levert en met behoud van de eigen winst voor zijn deel van de totale levering.

Het bedrag dat je nu moet investeren tegen een bepaald rendement om een bepaalde kasstroom te realiseren.

: een budgetpost ter dekking van voorziene risico’s (known-unknowns).

Een in rechte afdwingbare overeenkomst.

Het plan wat beschrijft wat, op welke wijze van aanbesteding, in welke contractvorm, wanneer en door wie wordt ingekocht of uitbesteed en wat daarbij de belangrijkste selectie- en gunningscriteria zijn.

Het overeenkomen van de voorwaarden en condities van de contracten zowel als het zekerstellen dat deze voorwaarden en condities ook worden nagekomen en het overeenkomen en vastleggen van de contractwijzigingen.

Een visualisering van waarnemingen in de tijd ten opzichte van controlegrenzen.

Een oplossingsaanpak om vraagstukken op te lossen die voortkomen uit procescontrole en –beheersing.

Een actie of combinatie van acties die ervoor zorgt dat de dreiging van het overschrijden van toleranties of een fout in een product wordt weggenomen of verminderd.

Een hiërarchische decompositie van de kosten van het project in kostendragers en kostenposten.

Het inzetten van extra capaciteit op het kritieke pad met als doel de totale doorlooptijd te verkorten.

Een oplossingsaanpak om vraagstukken met behulp van creatieve technieken om nieuwe en originele oplossingen voor de geformuleerde vraagstukken te genereren.

Het vermogen om te denken en te handelen op een originele en fantasierijke manier.

De persoon of organisatie waaraan u geld schuldig bent.

Het geheel van vermogensvormen waarmee de bezittingen en vorderingen van een organisatie zijn gefinancierd.

Een accuut probleem waardoor het functioneren of voortbestaan van een persoon, groep of organisatie wordt bedreigd.

Een plan dat beschrijft hoe je dient te acteren bij het ontstaan van een crisis en hoe je er voor zorgt dat je daar op voorbereid bent.

het geheel van normen en waarden zoals die gedeeld worden door een groep.

De representatie van waarden, overtuigingen en veronderstellingen in vanzelfsprekend gedrag.

het vermogen het eigen handelen af te stemmen op de cultuur van de organisatie en de samenleving.

Gemeenschappelijk gedrag dat gefundeerd is op waarden als wederzijdse waardering, collectieve besluitvorming, introspectieve houding en integere motieven, waardoor complexe vraagstukken openlijk besproken kunnen worden

Het doorbreken van vanzelfsprekende gedragspatronen door bewuste ontwikkeling van nieuwe onderliggende waarden, overtuigingen en veronderstellingen.

Een register waarin in chronologische volgorde aantekening plaats van alle bedrijfsgebeurtenissen die leiden tot wijzigingen in de grootte of de samenstelling van het vermogen.

Een dagboek waarin onder meer problemen en punten van zorg kunnen worden genoteerd, die de betrokkene informeel kan afhandelen. Projectmanagers en Teammanagers kunnen ieder voor zich een eigen Dagelijks Logboek bijhouden.

De dagelijkse vergadering tijdens een Sprint (timebox) waarin ieder lid van het Ontwikkelteam de voortgang van zijn werk aangeeft en waarbij alle deelnemers blijven staan om een actieve houding te handhaven om er zo voor te zorgen dat de bijeenkomst niet te lang duurt.

Visuele weergave op één enkel beeldschermvan de belangrijkste informatie nodig om één of meerdere doelen te bereiken .

Een verzameling gegevens, ofwel feitelijkheden.

Het geheel van bezittingen en vorderingen van een organisatie.

De persoon of organisatie die u nog geld schuldig is.

Het ontheffen van de verantwoordelijkheid.

Een onderdeel van een project dat als zelfstandig project georganiseerd wordt en leidt tot een concreet deel- of tussenresultaat.

De definitie waaraan op te leveren functionaliteiten moeten voldoen om geaccepteerd te worden.

Een besluitvorming waarbij men de beslissingsbevoegdheid bij een ander neerlegt.

Een overeenstemming tussen twee partijen om via een bonus-malussysteem zowel de kansen als de risico's te delen.

Het herhaald bevragen van meerdere deskundigen omtrent een probleemstelling zonder dat de deskundigen weten wie welke input geeft.

Het herhaald bevragen van meerdere deskundigen omtrent een probleemstelling zonder dat de deskundigen weten wie welke input geeft.

Een meting van het verschil in ontwikkeling na niets doen (nulscenario) of wel wat doen.

Zie beginselethiek

Het aantal managementlagen dat effectief kan worden aangestuurd.

Een denkwijze binnen de ethiek waarbij het ethisch juist handelen wordt bepaald door de vraag ‘hoe moet ik leven?’

Een overzicht van het geheel van diensten dat wordt aangeboden.

Zie variabele kostencalculatie.

Kosten die op een kosteneffectieve manier rechtstreeks kunnen worden toegerekend aan een object.

De factor waarmee kasstroom in een bepaald jaar vermenigvuldigd dient te worden om de netto contante waarde van die kasstroom te berekenen.

Het verplichte rendement op een investering die binnen een organisatie moet worden gemaakt.

Bedrag wat aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd.

Een gegevensdrager met daarin of daarop vastgelegde gegevens.

Het management van de beschikbare documenten en kent de functies plannen - identificeren en beheren - goedkeuren, wijzigen en distribueren - statusverantwoording - bewaken en bijsturen.

Een visualisering van doelen, subdoelen en inspanningen en hun onderlinge relaties.

Een visualisering van doelen en subdoelen en hun onderlinge relaties.

Het onderdeel van het batenmanagement gericht op het identificeren van de te realiseren doelen en baten en op te treden negatieve baten.

Zie effectiviteit.

Zie efficiëntie.

Het leren door het begrijpen van de achterliggende principes.

De mate waarin belanghebbenden een onderwerp ondersteunen.

Het schatten van een waarde op basis van een optimistische, pessimistische en een meest voorkomende waarde.

Is de driehoek die visualiseert hoe kwaliteit, tijd en geld in een project zich tot elkaar verhouden.

Het ondernemen waarbij een balans wordt gezocht tussen Profit, People en Planet.

De eigenschap van lang goed te blijven of te blijven bestaan.

De ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien, in gevaar te brengen.

Het recht waarvan slechts de formele wetgever van kan afwijken.

Een methode van prestatiemeting op basis van de geplande en gerealiseerde waarde en de actuele kosten.

Een acroniem voor Earnings Before Interest and Taks, ofwel Resultaten voor Rente en Belasting.

Het acroniem voor Earnings Before Interest, Tax, Depreciation and Amortization, ofwel Resultaten voor Rente, Belasting en Afschrijving op vaste activa.

Periode waarin het bedrijfseconomisch verantwoord is een vast bedrijfsmiddel te gebruiken.

De mate waarin de gewenste doelen en resultaten zijn/worden gerealiseerd.

De verhouding tussen de opbrengst en de inzet van middelen.

Totaal van het aandelenkapitaal en de algemene reserves.

De te realiseren specialistenproducten. Dit kan zijn van een werkpakket, een fase of een project.

Een zeer korte verbale presentatie voor het 'verkopen' van jezelf en/of een idee, product of dienst.

de mate waarin iemand zelfkennis bezit en deze kennis in relaties sociaal vaardig weet in te zetten.

Een aanbesteding waarbij slechts één partij wordt uitgenodigd om een offerte in te dienen.

Het schatten van een waarde door het bevragen van een deskundige.

Een omvangrijke User Story die nog verder moet worden uitgesplitst in een aantal kleinere User Stories.

Een schattingsmethoden waarbij een waarde wordt gezocht waarbij de belanghebbenden een gelijk voordeel als nadeel zien als het resultaat hoger of lager uitvalt.

Het moreel geaccepteerd gedrag van elk mens.

Een verplichte procedure voor Europese overheidsorganen en gesubsidieerde instanties voor het inkopen en uitbesteden van producten en diensten.

Een beoordeling van uitgevoerde activiteiten en daarmee samenhangende resultaten om vast te stellen welke verbeterpunten en actiepunten kunnen worden gedefinieerd.

Het beoordelen van de waarschijnlijkheid en impact van de risico's en kansen om vast te stellen of risico- en kansmaatregelen meoten worden genomen.

Het bepalen van mogelijke oplossingen door een expert te raadplegen.

Een product die al bestaan of waarvan de realisatie buiten de scope van het project valt, maar die wel voor de realisatie van het eindresultaat noodzakelijk is.

Financiering door derden.

Risico’s en kansen waarvan de oorzaak buiten de scope van het project ligt, dan wel buiten de verantwoordelijkheid van de projectorganisatie.

Ruis veroorzaakt door een externe oorzaak, waardoor de ontvanger bepaalde delen van de boodschap mist.

De motivatie die voortkomt uit de kennis en ervaring die men heeft, de potentie om ergens aan bij te dragen en de betrokkenheid met de omgeving of de omstandigheden.

Zie non-conformancekosten.

Een test van de producten voordat het de fabriek verlaat.

Het overdragen van debiteurenadministratie aan een factormaatschappij.

Een tijdspanne binnen een project, afgescheiden van andere tijdspannen, met een vooraf gedefinieerd eindresultaat.

Een rapport dat op het einde van een fase wordt opgesteld met de status aan het einde van die fase, een verantwoording over de afgelopen fase en een doorkijk naar de rest van het project.

De formele afsluiting van een fase.

Het dossier waar alle voor de beheersine en beoordeling van een specifieke fase relevante managementdocumenten in worden opgeslagen.

Plan dat beschrijft hoe een fase wordt uitgevoerd en bewaakt en dat de producten, de tijdsplanning en de kosten van de fase weergeeft.

Het opdelen van het project in afzonderlijke tijdsperioden, ieder met zijn eigen vooraf gedefinieerde eindresultaat.

Een veel voorkomende fasering in projecten die dient als referentie voor het faseren van toekomstige projecten.

Het gedeeltelijk laten overlappen van fasen om de uitvoering te versnellen.

Een niet-verlengbare uiterste termijn waarop de prestatie moet worden geleverd wil deze nog nut hebben.

Het aanspreken van de ander op zijn gedrag als de normale transparantie in het wederzijdse verkeer niet helpt.

Rentebaten minus de rentekosten en de kosten voor financiering.

De administratie van een organisatie waarin alle financiële feiten worden vastgelegd, de doorbelastingen en de kostprijzen worden berekend voor de verschillende activiteiten en de uitgaven worden bewaakt.

De beheersing van de financiën omvattende het plannen, optimaliseren en bewaken van de benodigde financiële middelen in de tijd en het nemen van de noodzakelijke maatregelen om voldoende financiële middelen te hebben om het projectresultaat volgens planning te realiseren.

een onopzegbaar huurcontract waarbij de kosten van onderhoud en verzekering meestal ten laste van de huurder komen.

Het financiële deel van de projectadministratie, waarin alle inkomsten en uitgaven voor het project worden vastgelegd

Deelnemingen en effecten in het bezit van de onderneming.

Het verschaffen van de benodigde financiële middelen.

De wijze hoe de benodigde financiele middelen zijn/worden verkregen.

De mate waarmee met het opgeleverde resultaat het doel van het project kan worden gerealiseerd.

De mate waarin het opgeleverde resultaat geschikt is voor gebruik.

Het vermogen om het handelen van anderen te sturen, te verruimen of te beperken op basis van de formele positie die iemand verworven heeft.

Een overeenkomst die volgens de wet behalve een wilsovereenstemming ook een akte nodig heeft.

Een verzameling van taken, rechten en plichten binnen een organisatie.

Een methode om de functionele omvang van een informatiesysteem te bepalen als basis voor een parametrische schatting van de benodigde capaciteit.

Het ontkoppelen van de uitvoerende en de controlerende taken.

Een verantwoordelijke die bevoegd is om in te grijpen en dit nalaat en bewust aanvaardt dat een onrechtmatige daad plaatsvindt.

Degene die jou vertelt hoe je werk moet worden gedaan.

Een specifieke werking waaraan een product moet voldoen.

Een dialoog tussen werknemer en leidinggevende, waarin het wederzijdse functioneren besproken wordt.

Zie balkenschema.

De periode waarin de leverancier garandeert dat het opgeleverde resultaat conform de specificaties functioneert rekening houdend met de normale slijtage in gebruik.

Iedereen die het eindresultaat van het project gaat gebruiken, gaat beheren of gaat onderhouden of anderszins met het eindresultaat te maken krijgt.

Een expliciete bevestiging door degene die de opgeleverde producten daadwerkelijk gaan gebruiken, dat de op te leveren producten voldoen aan de acceptatiecriteria en geschikt zijn voor gebruik.

Het recht van rechthebbenden op het gebruik van een voortbrengsel van de menselijke geest.Het gebruiksrecht valt weer uiteen in het genotsrecht en het beschikkingsrecht.

De som van alle waarnemingen gedeeld door het aantal waarnemingen.

Geeft het recht op het feitelijk gebruik van zijn zaak.

Een vraag waarop je met ja of nee kunt antwoorden.

Een mondelinge communicatie tussen één of meer personen.

Een analyse van de invloed van fluctuaties van variabelen op het resultaat of rendement.

Een denkwijze binnen de ethiek waarbij het ethisch juist handelen wordt bepaald door het goede resultaat dat bij dat handelen voor ogen staat.

Een risico of kans welke ontstaat door het nemen van een risico- of kansmaatregel.

Het recht dat is gebaseerd op gewoonten (ongeschreven recht).

De toestand van welzijn in geestelijk, lichamelijk en/of maatschappelijk opzicht.

Een persoon of entiteit die geautoriseerd is om de op te leveren producten goed te keuren.

Formele bevestiging dat het product compleet is en voldoet aan de opgestelde criteria.

Het symptoom dat een team in zijn functioneren teveel intern gericht is en geen oog heeft voor signalen uit de omgeving.

Een register waarin voor iedere post op de balans de wijzigingen worden bijgehouden.

Criteria waarop een aanbieding of offerte wordt gegund.

Een onderzoek een onderzoek vooraf of het gewenste resultaat realistisch en haalbaar is.

Degene die jouw waardering en jouw salaris bepaalt.

Een organisatie met relatief veel managementlagen.

De grafische weergave van de frequentieverdeling van in klassen gegroepeerde data, afkomstig uit een kansverdeling.

Een schattingsmethode waarbij gebruik gemaakt wordt van ervaringsgetallen voor het uitvoeren van bepaalde activiteiten.

Een bedrijfsonderdeel waar een eindproduct wordt vervaardigd.

Een rapport opgesteld door de projectmanager op overeengekomen tijdsintervallen om de opdrachtgever/stuurgroep en andere belanghebbenden te informeren over de hoofdpunten van de voortgang van de fase en de optredende issues, kansen en risico’s.

Zie ondersteunende dienst.

Een algemene kostengroep die functioneert als kostenplaats.

Een combinatie van centrale en decentrale interne financiering

Financiering met een vaste activa als onderpand.

Een matrix waarin wordt vastgelegd wie welke informatietaken heeft ten aanzien van het beheersen van de verschillende informatiebronnen en documenten in een project.

Het identificeren van de afzonderlijke risico's en kansen.

International Financial Reporting Standards, boekhoudkundige standaaren voor het opstellen van jaarverslagen.

Is de vierkant dat visualiseert hoe kwaliteit, scope, tijd en geld in een project zich tot elkaar verhouden.

Niet-tastbare vaste activa, zoals vergunningen en goodwill.

Het verwachte effect van een risico of kans indien deze daadwerkelijk optreedt.

Issues die het werk van het Ontwikkelteam verstoren.

Het plan dat beschrijft op welke wijze het opgeleverde resultaat zal worden ingepast n de doelorganisatie.

Het ad hoc en zonder voorbereiding uitvoerren van een activiteit.

Een formele claim op levering door de wederpartij, waarbij hem nog een laatste gelegenheid wordt gegeven te presteren.

Een partij als deze niet het afgesprokene heeft geleverd op of voor de fatale termijn, of op of voor de termijn gegeven bij een ingebreke stelling.

Het in gebruik stellen van het projectresultaat.

Een contract waarbij de kosten (gedeeltelijk) worden vergoed op basis van actuele kosten plus een incentive welke afhankelijk is van de verhouding tussen de totale actuele kosten en de geplande projectkosten.

De lijst van opgeleverde functionaliteiten die voldoen aan de afgesproken 'Definition of Done'.

Kosten die niet rechtstreeks kunnen worden toegerekend aan een object.

Betekenisvolle gegevens die worden overgebracht.

Het plan dat omvat welke informatie waar en op welke wijze moet worden opgeslagen en wie welke actie moet uitvoeren om de informatie te beheren.

Het vermogen om het handelen van anderen te sturen, te verruimen of te beperken op basis van een zichtbare of voelbare onderstroom die deze invloed als juist kenmerkt.

De grootte van een risico, voordat er risico- of kansmaatregelen genomen zijn.

Zie specialistenproduct.

Activiteiten die een directe bijdrage leveren aan het realiseren van het projectresultaat.

De strategie die de hoofdcontractstructuur, de mate waarin de specificaties zullen worden uitgewerkt en de marktbenadering op hoofdlijnen beschrijft.

Het verwerven van goederen en diensten (inhuren) van derden, waarbij de verantwoordelijkheid voor de realisatie blijft liggen bij de vragende partij.

Een verplichting om bepaalde werkzaamheden uit te voeren naar beste kunnen.

Een systematische beoordeling van een product door één of meer specialisten om vast te stellen of het voldoet aan de specificaties.

Een methode van kostencalculatie waarbij de indirecte kosten in de kostprijsmethode worden meegenomen.

Het samenvoegen van een of meerdere systemen tot een geheel.

Een test van de interfaces tussen de afzonderlijke componenten.

Het recht van rechthebbenden op een voortbrengsel van de menselijke geest.

Een overeenkomst over het inkooptraject en de rechten en plichten van de inkopende en de aanbiedende partij.

Een intermediair waarmee twee (sub)systemen/elementen met elkaar communiceren.

Een product dat door het project moet worden gerealiseerd.

Het eigen rendement van een investering.

Financiering door de eigen organisatie

Risico’s en kansen waarvan de oorzaak binnen de scope van het project ligt, dan wel binnen de verantwoordelijkheid van de projectorganisatie.

Ruis veroorzaakt door een innerlijke toestand van (een van) de communicatiepartners.

Technieken die gericht zijn op het ingrijpen in een proces, om dit ten goede te keren.

De motivatie die voortkomt uit de persoon zelf, zijn persoonlijkheid en zijn waarden en normen.

Een cultuur waarin het de gewoonte is om te luisteren naar de onderbouwing en betekenis van opvattingen en visies van verschillende belanghebbenden, teneinde te komen tot inzicht en breed gewaardeerde besluiten.

De (financiële) inspanning om een duurzaam bedrijfsmiddel te verwerven.

De berekening en vergelijking van de kosten en baten van een investering om mede op basis daarvan een investeringsbeslissing te kunnen nemen

Het concrete effect van machtsuitoefing.

Zie visgraatdiagram.

Zie visgraatdiagram.

De Internationale Organisatie voor Standaardisatie (ISO) die normen vaststelt.

Een niet geplande gebeurtenis of conditie die (vrijwel niet) niet kan worden vermeden of al is opgetreden en die managementaandacht vereist.

Zie issueregister.

Een vastlegging van de beschrijving, de impact en de beslissingen aangaande issues die formeel moeten worden afgehandeld.

Een logboek voor het vastleggen van alle issues die formeel moeten worden afgehandeld.

De financiele rapportage van een organisatie over een boekjaar, bestaande uit een balans, een winst- en verliesrekening, een kasstroomoverzicht en een toelichting op deze onderdelen en op de gehanteerde grondslagen.

Een notitie waarin wordt aangegeven welke grootboekrekeningen naar aanleiding van een financiele gebeurtenis gedebiteerd en gecrediteerd moeten worden.

Het geheel van uitspraken door de rechters.

Een aanpak om het werk te stroomlijnen en de doorlooptijden van het uit te voeren werk te verkorten.

Een situatie of gebeurtenis die zich in de toekomst kan voordoen en die mogelijk positieve gevolgen heeft voor het project.

Een overzicht van de geidentificeerde risico's en kansen met hun respectievelijke waarschijnlijkheid en impact.

Investeringskosten ofwel alle kosten die worden gemaakt voor de ontwikkeling van duurzame productiemiddelen, die langer dan 1 jaar gebruikt worden.

Het verschil tussen geldontvangsten en gelduitgaven gedurende een bepaalde periode.

Het verschil tussen geldontvangsten en gelduitgaven gedurende een bepaalde periode.

Een organisatiebrede coördinerende functie voor portfolio, programma’s en projecten voor het beschikbaar stellen van standaarden, kennismanagement, borging en training.

De documenten die de essentie van een initiatief beschrijven.

Een fundamentele overtuiging die geldt als basis van ons handelen.

Het management van de gehele keten van activiteiten over meerdere afdelingen of organisaties om producten en diensten te kunnen leveren aan de eindgebruiker.

Een bijeenkomst bij aanvang van een initiatief om een efficiente en effectieve opstart van dat initiatief te bevorderen.

Organisatie of persoon die een product of dienst ontvangt.

De staande organisatie die opdracht heeft gegeven tot de uitvoering van het project of programma en die van de resultaten van het project/programma wil profiteren.

Toegerekende (toekomstige) gelduitgaven of doorbelastingen.

Het ontwerpen met als doel het minimaliseren van de totale kosten van de productlevenscyclus.

Een hierarchische decompositie van de kosten voor het realiseren van een plan.

Een product die door het project moet worden gerealiseerd.

Een product die door het project moet worden gerealiseerd.

Een reëel of fictief bedrijfsonderdeel waar een homogene prestatie wordt geleverd.

De methode waarin de indirecte kosten via kostenplaatsen worden doorbelast aaneen kostendrager.

Een activiteit of aankoop die nodig zijn om kostendragers te realiseren.

Een bepaald soort productiemiddel, dat moet worden ingezet om kostendragers te realiseren.

Direct aan de omzet toe te rekenen kosten, zoals het uitbestede werk.

Zie analyse belanghebbenden.

Het rood mogen staan op de lopende rekening.

Een activiteit op het kritieke pad.

De serie van opvolgende activiteiten die de kortst mogelijke doorlooptijd van het project bepalen.

Een belangrijke variabele om prestaties te analyseren.

Een belangrijke variabele om prestaties te analyseren.

Een subjectieve en interpretatieve techniek waar het niet gaat niet om feiten en cijfers, maar om de ‘waarom’ en ‘hoe’ vraag.

De mate waarin een geheel van eigenschappen en kenmerken voldoet aan de eisen, behoeften en verwachtingen die kenbaar gemaakt, vanzelfsprekend of dwingend voorgeschreven zijn.

Het plan dat de kwaliteitsdoelstellingen beschrijft en hoe die kwaliteitsdoelstellingen in het project zullen worden gerealiseerd.

De strategie die de procedures, verantwoordelijkheden en technieken beschrijft voor het managen van de kwaliteit in een project.

De complete set van kwaliteitsstandaarden, -procedures en -verantwoordelijkheden voor een locatie of een organisatie.

Een criterium waar een oplossing aan moet voldoen om aanvaardbaar te zijn

Een vermoeden, op grond van huidige feiten of omstandigheden over de kenmerken van een product

Het aspect van kwaliteitsmanagement dat zich richt op het beoordelen of aan de kwaliteitsdoelstellingen wordt voldaan en het voorkomen van oorzaken dat niet aan die kwaliteitsdoelstellingen wordt voldaan.

Een beoordeling van een product door een team van betrokkenen om de conformiteit aan een set kwaliteitscriteria vast te stellen.

Bestanden waarmee aangetoond wordt dat de vereiste kwaliteitsborging en kwaliteitsbeheersing zijn uitgevoerd.

Het aspect van kwaliteitsmanagement dat zich richt op het geven van vertrouwen dat aan de kwaliteitsdoelstellingen zal worden voldaan.

Een managementdocument die tijdens het project wordt opgesteld om met name de kwaliteit van de op te leveren producten te beheersen.

Het managementdossier dat alle kwaliteitsproducten bevat van het project.

Die kosten die enerzijds worden veroorzaakt door het bewerkstelligen en borgen van de gewenste kwaliteit en anderzijds door de verliezen die ontstaan wanneer de gewenste kwaliteit niet wordt bereikt.

Zie kwaliteitslregister.

Het geheel van leidinggevende taken die nodig zijn om zeker te stellen dat aan de kwaliteitsdoelstellingen wordt voldaan.

Het aspect van kwaliteitsmanagement dat zich richt op het bepalen van de kwaliteitsdoelstellingen en het specificeren van de daarbij noodzakelijke processen en middelen om te voldoen aan die kwaliteitsdoelstellingen.

Een logboek waarin alle geplande en gerealiseerde kwaliteitsbeoordelingen met de relevante data worden vastgelegd.

Het aspect van kwaliteitsmanagement dat zich richt op het vegroten van het vermogen om te voldoen aan de kwaliteitsdoelstellingen en daarmee aan de verbetering van het kwaliteitssysteem.

Een objectieve techniek die gebruik maakt van rekenkundige of statistische middelen.

Schulden met een looptijd langer dan een jaar, zoals een hypotheek.

Het opnieuw (anders) ordenen van bestaande informatie om nieuwe informatie te doen laten ontstaan.

Een methode die zich richt op het creeren van waarde en het elimineren van verspilling in alle processen, waarbij gebruik gemaakt wordt van statistische technieken.

het huren van roerende of onroerende goederen van derden met een opptie tot koop.

Een informeel logboek waarin de relevante leerpunten zijn vastgelegd voor het huidige project en toekomstige projecten.

Een informeel logboek waarin de relevante leerpunten zijn vastgelegd voor het huidige project en toekomstige projecten.

Een informeel logboek waarin de relevante leerpunten zijn vastgelegd voor het huidige project en toekomstige projecten.

Het sturen en motiveren van anderen in hun rol of taak om doelen te realiseren.

Een geldbedrag dat door een partij wordt verstrekt op voorwaarde dat het later terug wordt betaald.

Een organisatie die continu zijn vermogen om zijn toekomst te creëren uitbreidt.

Een opdracht aan een bank om een bedrag te betalen bij overlegging van gespecificeerde documenten.

Het optimaliseren van de tijdsplanning uitgaande van de beschikbaarheid van mensen en middelen.

Een persoon of groep die verantwoordelijk is voor de levering van één of meer specialistenproducten.

Het later mogen betalen van de uitstaande vorderingen.

De staande organisatie die verantwoordelijk is voor het realiseren van het projectresultaat.

De formele of wettelijke toestemming om iets te doen.

Een afdeling die verantwoordelijk is voor de uitvoering van (een deel van) het primaire proces van de organisatie.

Een manager verantwoordelijk voor de uitvoering van primaire of ondersteunende bedrijfsprocessen van een staande organisatie

Een fasering waarbij de verschillende fasen opeenvolgend worden uitgevoerd.

Het principe dat één persoon vanuit het ene overleg steeds de verbinding vormt naar een volgend overleg.

Saldi van kas, bank en giro.

De mate waarin een onderneming in staat is aan haar direct opeisbare verplichtingen te voldoen.

Een planning van de inkomende en uitgaande geldstromen gedurende een bepaalde periode.

Een test van de producten bij aankomst op de projectlocatie.

Een document waarin specifieke informatie van een product of proces wordt bijgehouden als referentie en naslag.

Een lijst van mogelijke gekwalificeerde aanbieders.

Een acroniem voor Luisteren, Samenvatten en Doorvragen en geeft de drie belangrijkste aspecten om meer energie in een gesprek te brengen.

De actieve en vrijwillige maar niet vrijblijvende maatschappelijke rol die een organisatie op zich neemt en die verder gaat dan het in acht nemen van wettelijke voorschriften.

Het vermogen om het handelen van anderen te sturen, te verruimen of te beperken.

Het geheel van alle leidinggevende taken die nodig zijn om een voorgenomen resultaat te realiseren.

Een besturingsfilosofie die uitgaat van een overeengekomen mandaat waarbinnen de gedelegeerde het werk zelfstandig uitvoert.

Een besturingsfilosofie die zich richt op het gemeenschappelijk maken van SMART afspraken en het voeren van regelmatig overleg tussen de opdrachtgever/ stuurgroep en de projectmanager.

Het geheel van managementactiviteiten om veranderingen door te voeren.

Een document dat tijdens het project wordt opgesteld om de realisatie van het projectresultaat te beheersen.

Het dossier dat de managementproducten omvat en bestaat uit het projectdossier, de verschillende fasedossiers en het kwaliteitsdossier.

Een product dat nodig is om het project te managen en de kwaliteit te bepalen en te waarborgen.

een budgetpost voor werkzaamheden die in rede niet voorzien kunnen worden, maar wel binnen de scope van het project vallen (unknown-unknowns).

Het bewust beinvloeden van verwachtingen ten behoeve van het project.

Een opgenomen voorbehoud vanwege legitieme onnauwkeurigheid in de begroting.

Tastbare duurzame bedrijfsmiddelen die in bezit zijn van de onderneming.

De inzet van een onafhankelijke derde die zich richt op de-escalaties van het conflict en het ontwikkelen van een acceptabele oplossing door de partijen zelf.

Een besluitvorming op basis van minimaal de helft +1.

Een cultuur waarin bepaalde belanghebbenden het recht van advies of instemming hebben bij voorgenomen besluiten.

Een diepgewortelde veronderstelling/generalisatie die van invloed is op hoe wij dingen zien en hoe wij op dingen reageren.

Het alleenrecht op het voeren van een bepaald merk (zoals een naam of logo).

Een belangrijke gebeurtenis/moment in een project waarop de voortgang van het project kan worden gemeten.

Een tijdschema op hoofdlijnen waarin de belangrijkste mijlpalen zijn opgenomen.

Een slip-chart van de verwachte opleverdata van de verschillende mijlpalen.

Een rapportage die de milieugevolgen in beeld brengt van een besluit voordat het besluit wordt genomen.

Het leefklimaat van mens, dier en plant.

Een diagram opgebouwd uit begrippen, teksten, relaties en/of plaatjes, die zijn geordend in de vorm van een boomstructuur rond een centraal thema.

De situatie waarin de ontvanger de overgebrachte boodschap anders interpreteert dan de zender bedoelde.

Het bestaansrecht van een organisatie beschreven vanuit de waarden en identiteit van die organisatie.

Een actie om de blootstelling aan risico’s op een voor de organisatie acceptabel niveau te brengen.

In een reeks waarden de waarde die het vaakst voorkomt.

Zie vormvrijeovereenkomst.

Een techniek waarbij een reeks gebeurtenissen vele malen wordt doorgerekend.

Een techniek om kenmerken en initiatieven te prioriteren. Deze staat voor: must-have, should-have, could-have en won’t have this time.

De innerlijke wens en de wil gedisciplineerd te werken aan concrete resultaten.

Het schatten van een waarde door het bevragen van meerdere deskundigen.

Een programma waarbij meerdere organisaties zijn betrokken als opdrachtgevende partij, om gemeenschappelijk bepaalde doelstellingen te realiseren, die zij niet of nauwelijks alleen kunnen realiseren.

Het uitvoeren van meer taken tegelijk of het achtereenvolgens uitvoeren van stukjes van verschillende taken.

Een evaluatiemethode om tussen diverse discrete alternatieven een rationele keuze te maken op basis van meer dan één onderscheidingscriterium.

Een evaluatiemethode om tussen diverse discrete alternatieven een rationele keuze te maken op basis van meer dan één onderscheidingscriterium.

Het beheersen van en leidinggeven aan een groep van projecten, die geen andere onderlinge samenhang hebben dan dat deze projecten gebruik maken van dezelfde mensen en middelen.

De manager verantwoordelijk voor het beheersen van en leidinggeven aan een groep van projecten, die geen andere onderlinge samenhang hebben dan dat deze projecten gebruik maken van dezelfde mensen en middelen.

Het nemen van een weloverwogen en bewuste beslissing om de bestaande kans te accepteren zo als die is, omdat het niet loont daar nu al op te acteren.

De afkorting voor de NEderlandse Norm.

De tijd die daadwerkelijk aan een bepaalde taak kan worden besteed.

Het totaal van de contante waardes van de kasstromen van een investering over een bepaalde periode.

Gefactureerde omzet excl. BTW.

Vlottende activa – vlottende passiva .

De kosten voor vervanging en/of herstel om te voldoen aan de gewenste kwaliteit.

Communicatie via lichaamstaal, de intonatie en/of tekens en symbolen.

Een afspraak die partijen vrijwillig met elkaar maken over de kwaliteit van hun producten, diensten of processen.

De bepaling van de huidige situatie om die later met de dan geldende realiteit te kunnen vergelijken.

de gevolgen als niet wordt geïnvesteerd

Een verhandelbaar schuldbewijs voor een lening die door een overheid, een onderneming of een instelling is aangegaan.

Het recht van de octrooihouder om anderen te verbieden zijn uitvinding commercieel uit te baten, in ruil voor openbaarmaking van die uitvinding.

Het geheel van externe factoren en belanghebbenden dat invloed heeft op het project.

Wanneer de interne verrekening lager is dan de werkelijke kosten

Een communicatieproces waarbij twee of meer partijen met deels strijdige en deels gemeenschappelijke belangen vanuit verschillende posities tot overeenstemming trachten te komen.

Een gekozen onderhandelingsaanpak.

Overeenkomsten met derden voor de realisatie van activa.

Het uitgevoerde werk in opdracht wat nog niet is gefactureerd of geactiveerd.

Een aanbesteding waarbij een beperkt aantal partijen in de gelegenheid worden gesteld deel te nemen aan een selectie, waarna een of meer van hen worden uitgenodigd om een offerte in te dienen.

Een aanbesteding waarbij slechts een beperkt aantal partijen worden uitgenodigd om een offerte in te dienen.

De periode na oplevering waarin de gebreken die optreden tijdens gebruik, nog vallen onder de verantwoordelijkheid van de leverancier.

Een specialistische afdeling die een deel van de uitvoering verzorgt, ter ondersteuning van de andere lijnafdelingen.

Een handeling of het nalaten van een handeling die onrechtmatig is.

Het in moeilijke situaties verminderen of wegnemen van spanningen.

Technieken die gericht zijn op het kunnen ontspannen.

Een fasering waarbij de definitiefase en ontwikkelingsfase verschillende malen worden doorlopen om tot een gewenste oplossing te komen, die vervolgens deze wordt gerealiseerd.

Het multifunctionele zelfsturende team dat verantwoordelijk is voor het ontwikkelen en opleveren van de gevraagde functionaliteite in de Sprints.

Een analyse waarbij de onzekerheid in de waarden gekwantificeerd wordt.

Zie visgraatdiagram.

Een visualisering van een oorzaak ten opzichte van meerdere gevolgen of andersom in de vorm van een visgraat.

Degene die namens de klant eindverantwoordelijk is voor het succes van het project en daarmee eigenaar van het project.

Een vraag waar je niet eenvoudig met ja of nee op kunt antwoorden.

Een aanbesteding die algemeen bekend wordt gemaakt, waarbij een ieder zich als gegadigde kan aanmelden en waarvoor uiteindelijk slechts één of een beperkt aantal gegadigden wordt/worden uitgenodigd een offerte in te dienen.

Een aanbesteding die algemeen bekend wordt gemaakt en waarbij iedereen kan inschrijven.

De mate waarin men meningen en emoties deelt en open staat voor de mening van anderen.

De aanbieding waarmee je de onderhandeling start.

Zie operationele kosten.

Bruto omzetresultaat minus bedrijfskosten.

Degene die vertelt wat je moet doen; welke werkzaamheden moeten worden uitgevoerd en wanneer het af moet zijn.

De operationele kosten ofwel alle terugkerende kosten van de onderneming, die binnen het jaar gemaakt worden.

een opzegbaar huurcontract waarbij de kosten van onderhoud en verzekering meestal ten laste van de verhuurder komen.

Het aan de klant juridisch overdragen van het projectresultaat.

De eindbeoordeling van het projectresultaat om na te gaan of het aan alle specificaties voldoet.

De gemiste baten van alternatieve keuzes/investeringen die men niet realiseert indien men een bepaalde investering doet.

De methode waarin de indirecte kosten via een opslagmethode worden doorbelast aan een kostendrager.

Een techniek waarbij je het probleem formuleert in een 'Hoe kun je …'-vraag.

Een hiërarchische decompositie van de projectorganisatie.

De analyse van het gedrag van organisaties, de factoren die dit gedrag veroorzaken en hoe deze organisaties het meest doeltreffend bestuurd kunnen worden.

De verandering van de kenmerken en/of de configuraties van een organisatie, waardoor ook het gedrag van de organisatie wijzigt.

Wanneer de interne verrekening hoger is dan de werkelijke kosten

Het aan de klant fysiek overdragen van het projectresultaat.

Een meerzijdige rechtshandeling, waarmee partijen over en weer bepaalde rechtsgevolgen beogen.

Bedragen nog te betalen aan derden, zoals crediteuren, belastingen en premies.

Een bespreking om tot een besluit te komen.

Het raamwerk van de verschillende overleggen in een project.

Het overnemen van een kans die zich kan voordoen van een ander.

Het vermogen overeenstemming te bereiken over gemeenschappelijke doelen met behulp van discussies of de kracht van argumenten.

Het zodanig aanpassen van de omstandigheden, dat de kans die zich voordoet, direct wordt verzilverd.

Een fasering waarbij verschillende deelprojecten parallel van elkaar worden ontwikkeld.

Een schattingsmethode waarbij gebruik gemaakt wordt van kengetallen voor samengestelde eenheden (elementenmethode).

Een analyse die er van uitgaat dat 80% van de problemen worden veroorzaakt door 20% van de situatie.

De wet die stelt dat het werk uitdijt als de beschikbare tijd toeneemt.

Het totaal van alle schulden inclusief het eigen vermogen.

Het acroniem voor Plan-Do-Check-Act en staat voor de kwaliteitscirkel van Deming. Dit acroniem wordt ook gebruikt om de algemene beheerscirkel aan te duiden.

Een test van de verwerkingssnelheid van het systeem.

Een organisatorische eenheid die de besluitvorming faciliteert en de uitvoering ondersteunt en borgt van de veranderingen, die in een organisatie moeten worden doorgevoerd.

Dat onderdeel van het ondernemingsbeleid dat direct betrekking heeft op het personeel.

Het besturen en leidinggeven aan het personeelsbeleid.

De ethiek aangaande de verschillende waarden en normen die een rol spelen bij de morele keuzen die door een persoon zelf worden gemaakt.

Macht die wordt verkregen door de competenties van de persoon in kwestie. Persoonlijke macht is onder te verdelen in referentie-, informatie- en deskundigheidsmacht.

Een acroniem van zes (machts-)gebieden: Political, Economical, Sociological, Technical, Legal en Environmental.

Een analysemethode om omgevingsfactoren die invloed kunnen hebben op een organisatie in kaart te brengen.

Een proefperiode om te testen of een concept functioneert.

Document dat beschrijft wie, waar, wanneer en hoe wat moet realiseren om een beoogd resultaat of doel te realiseren.

Een plan voor de uitvoering van de postinvesteringsbeoordeling.

Het uitvoeren van werkzaamheden gebaseerd op een plan.

Het maken van een plan.

Schema van activiteiten en gebeurtenissen in de tijd.

Een specifieke techniek voor het schatten van waarden door een groep, waarbij alle partijen een gelijkwaardige stem hebben.

De tijdsperiode waarvoor een accurate en betrouwbare planning kan worden opgesteld.

Een WBS-element waarvan de noodzaak en de kenmerken bij het opstellen van de WBS nog niet duidelijk zijn, maar die al wel worden geidentificeerd ('pro-forma'-producten)

Een organisatie met relatief weinig managementlagen.

Het acroniem voor een project, programma of portfolio management office en staat voor project-, programma- of portfoliobureau.

De gevoeligheid voor de interne verhoudingen voor het realiseren van besluitvorming in de organisatie.

Het geheel van initiatieven in een organisatie om één of meerdere strategische bedrijfsdoelen te realiseren.

De persoon die naar het hoogste management van de organisatie eindverantwoordelijk is voor het realiseren van de bedrijfsdoelen van de portfolio.

Een permanente organisatie om de doelstellingen binnen een portfolio te realiseren. Een portfolio-organisatie bestaat uit de portfolioopdrachtgever met de stuurgroep en de portfoliomanager, het portfoliobureau en een kenniscentrum.

Een entiteit die technische en administratieve ondersteuning verricht voor een portfolio.

Het beheersen van en leidinggeven aan een portfolio.

De manager die de dagelijkse leiding heeft over de portfolio.

Hoogste overlegorgaan binnen de portfolio die de portfolio-opdrachtgever in de besluitvorming ondersteunt.

Het onderhandelen gericht op het neerzetten van standpunten en het realiseren van posities.

Macht die wordt verkregen door iemands positie in de organisatie. Positionele macht is onder te verdelen in legitieme, belonings- en strafmacht en connectiemacht.

Een specifieke managementreserve.

De beoordeling of de beoogde baten inderdaad zijn gerealiseerd zoals die zijn gedefinieerd in de business case.

Zie postinvesteringsreview.

Het proces van het opzetten en voortdurend verbeteren van project-, programma- en portfoliomanagement in organisaties.

Een beding in het contract waarin wordt vastgelegd dat de achtergrond, aanleiding en datgene wat de partijen met de overeenkomst willen bereiken.

Een tekentechniek om het kritieke pad te berekenen, waar de activiteiten als knooppunten en de relaties als verbindende pijlen worden weergegeven.

De precontractuele fase is de fase in onderhandelingen voorafgaand aan het daadwerkelijke sluiten van een contract.

Een risico-identificatietechniek die uitgaat van de veronderstelling dat een project faliekant is mislukt.

Een mondelinge informatieoverdracht aan een groep van toehoorders, die doorgaans visueel wordt ondersteund.

Het deel van het management dat gericht is op het sturen van de organisatie door het systematisch vertalen van de strategie via prestatie-indicatoren naar bedrijfsprocessen, gevolgd door het volgen en bewaken van deze bedrijfsprocessen op basis van die prestatie-indicatoren.

Het doelgerichte systeem van activiteiten dat de organisatie legitimeert en waaraan zij haar bestaansreden ontleent.

Het onderhandelen gericht op het bereiken van een win-winakkoord.

Een maat van het belang van een issue voor het realiseren van de doelstellingen.

Het recht dat regels geeft met betrekking tot de verhouding tussen burgers onderling.

Een samenwerking tussen private en publieke partijen in een multi-organisatieprogramma.

Een oplossingsaanpak om vraagstukken op te lossen die voortkomen uit situatieonderzoeken teneinde reactieve vraagstukken te voorkomen.

Een reeks instructies die in volgorde moeten worden uitgevoerd.

Het geheel van samenhangende activiteiten die nodig zijn om een bepaalde doelstelling te realiseren.

De vastlegging van de juridische oplevering van het projectresultaat.

Het zodanig opbouwen van een relatie met de klantorganisatie dat deze in staat wordt gesteld vraagstukken uit de interne en externe omgeving waar te nemen, te begrijpen en erop te acteren, waardoor beoogde verbeteringen van de grond kunnen komen.

De mate waarin het geheel van eigenschappen en kenmerken voldoet aan de criteria die gesteld worden aan een proces.

De bevoegdheid financiële verplichtingen aan te gaan.

Iedere input of output van een proces.

Het geheel van functionaliteiten waar het op te leveren product uiteindelijk aan moet voldoen.

de beschrijving van een product inclusief door wie en op welke wijze het product zal worden beoordeeld en goedgekeurd.

Een hiërarchische decompositie van de benodigde en te realiseren producten in een plan.

Degene die namens de klant verantwoordelijk is voor het specificeren en prioriteren van de functionaliteiten.

De hoeveelheid werk die in een bepaalde periode is verzet.

De mate waarin het geheel van eigenschappen en kenmerken voldoet aan de criteria die gesteld worden aan een product.

De totale tijdspanne van een product, vanaf het eerste idee, via realisatie, gebruik, verbetering tot en met ingebruikname en sloop.

Een rapportage van de status van alle producten. Het bevat onder meer informatie over de huidige status, de vorige status en de doorgevoerde en geplande wijzigingen.

De schematische weergave van de volgtijdelijke afhankelijkheden van de te realiseren producten in een plan.

Een tijdelijke organisatie, ingericht om een geheel van projecten en lijnactiviteiten te coördineren, aan te sturen en te bewaken om uitkomsten en baten te realiseren die een bijdrage leveren aan één of meer strategische doelen van een organisatie.

Het totaal van eisen en wensen waaraan een product moet voldoen.

Een entiteit die technische en administratieve ondersteuning verricht voor een programma.

De totale tijdspanne van een programma vanaf de programmaopdracht tot en met de afsluiting van het programma.

Het besturen van en leidinggeven aan een programma.

De persoon die verantwoordelijk is voor de dagelijkse leiding van het programma.

De persoon die het hoogste management van de bedrijfsorganisatie vertegenwoordigt binnen het programma en eindverantwoordelijk is voor het realiseren van de overeengekomen doelstellingen en de verwachte baten.

Een tijdelijke organisatie om een programma te realiseren. De programmaorganisatie bestaat uit de programmaopdrachtgever met de stuurgroep en de programmaborging, de programmamanager, de bedrijfsverandermanagers en het programmabureau.

Plan op hoofdlijnen dat beschrijft hoe het programma wordt uitgevoerd en bewaakt.

Hoogste overlegorgaan binnen het programma. Ondersteunt de programmaopdrachtgever in de besluitvorming.

Een tijdelijke organisatie om binnen gestelde condities een vooraf gedefinieerd resultaat op te leveren.

Een workshop met als doel de verwachtingen en visies van de belanghebbenden vast te stellen en de inhoud en de aanpak van het project met elkaar af te stemmen.

Een entiteit die technische en administratieve ondersteuning verricht voor één of meerdere projecten.

De beschrijving op hoofdpunten hoe de op te leveren resultaten worden gerealiseerd.

De beschrijving op hoofdpunten hoe de op te leveren resultaten worden gerealiseerd.

Het verzoek van de opdrachtgever aan de projectmanager om de projectvoorbereidingsfase op te starten.

De formele administratie van het project.

Het geheel van activiteiten om de uitvoering van het project op een beheerste manier te laten verlopen.

Het geheel van activiteiten om de uitvoering van het project op een beheerste manier te laten verlopen.

De beoordeling van het project als geheel om te besluiten de (verdere) uitvoering van het project te autoriseren.

De beslissing van de opdrachtgever om de projectdefinitiefase te autoriseren.

De beslissing om de uitvoering van het project te autoriseren.

De autorisatie van de opdrachtgever aan de projectmanager om de projectdefinitiefase uit te voeren

De tijdelijke organisatie waarin de projectbeslissingen worden genomen. De projectbesturing omvat de projectopdrachtgever, de projectstuurgroep en de projectborging.

De verantwoordelijkheid van de afzonderlijke leden van de stuurgroep om zeker te stellen dat het project op correcte wijze wordt uitgevoerd en dat de projectdoelstellingen worden gerealiseerd.

De reserve op het eind van het kritieke pad als buffer tussen de geplande einddatum van de activiteiten en de datum van oplevering

Een structurering waarbij projecten vrijwel geheel in de lijn worden uitgevoerd.

Een beschrijving van het project.

De eerste fase van het project waarin de basis wordt gelegd voor de uitvoering.

Het te realiseren organisatiedoel ofwel het effect dat de opdrachtgever met de op te leveren resultaten wil bereiken.

Het binnen de gestelde criteria en restricties realiseren van het projectresultaat.

Het dossier waar alle voor de beheersing en beoordeling van het totale project relevante managementdocumenten in worden opgeslagen.

De indeling van de verschillende dossiers waar de documenten in worden opgeslagen.

Een rapport dat op het einde van het project wordt opgesteld met de status van het project bij afsluiting van het project, het projectverloop en de evaluatie van de resultaten van het project afgezet tegen het oorspronkelijke plan.

Een rapport dat op het einde van het project wordt opgesteld met de status van het project bij afsluiting van het project, het projectverloop en de evaluatie van de resultaten van het project afgezet tegen het oorspronkelijke plan.

Een evaluatie van uitgevoerde activiteiten in en daarmee samenhangende resultaten van een project om verbeterpunten en daarmee samenhangende actiepunten te kunnen definieren.

Een aandachtspunt dat relevant kan zijn voor het project en niet is voorzien en dat managementaandacht vereist om opgelost of afgehandeld te worden.

De totale tijdspanne van een project vanaf de projectopdracht tot en met de projectafsluiting.

De plaats of plaatsen waar de werkzaamheden voor het project worden uitgevoerd.

Het geheel van leidinggevende taken die nodig is om het projectresultaat op te leveren. Het projectmanagement omvat het plannen, organiseren, controleren en besturen van alle aspecten van het project en het motiveren van alle bij het project betrokken personen.

Een document waarin de richtlijnen en instructies zijn vastgelegd voor projectmatig werken, die moeten worden opgevolgd in een organisatie.

Het plan dat beschrijft hoe het project wordt uitgevoerd en bewaakt.

De structuur van de projectaansturing. De projectmanagementstructuur kent vier lagen: (1) het verantwoordelijke bedrijfs- of programmamanagement, (2) de projectopdrachtgever met de eventuele stuurgroep en de projectborging, (3) de projectmanager en de projectsupport en (4) de teammanagers.

De mate waarin alle relevante belanghebbenden tevreden zijn over het optreden van de projectmanager.

De personen die de projectmanager assisteren bij het leiden van het project, dus de teammanagers en de projectsdupport.

De persoon die verantwoordelijk is voor de dagelijkse leiding van het project.

De autorisatie van het bedrijfs- of programmamanagement aan de opdrachtgever om het project te initiëren.

Het planmatig uitvoeren van werkzaamheden in een project.

Een structuur waarbij de rolverdeling van de operationele, functionele en hiërarchische baas voor de projectleden gescheiden is.

De beschrijving van de opdracht van het project, welke als basis dient voor de uitvoering van de projectdefinitiefase.

Een tijdelijke organisatie om een project te realiseren. De projectorganiisatie omvat de projectmanager, het projectmanagementteam en het projectteam.

De schematische voorstelling van de projectorganisatie.

Plan dat beschrijft hoe het project wordt uitgevoerd en bewaakt.

Het geheel van de door het project op te leveren producten en diensten.

Risico’s en kansen die gevolgen kunnen hebben voor het realiseren van de projectdoelstellingen.

De schematische weegave van de producten en/of activiteiten van een project.

de logische codering van alle elementen in een WBS.

De mate waarin het projectresultaat de belanghebbenden tevreden stelt.

Een aspect waarop in belangrijke mate het succes of falen van het project wordt afgemeten door de diverse betrokkenen.

De ondersteuning van de projectmanager en de teammanager door bepaalde administratieve diensten te verrichten en specialistische ondersteunende taken uit te voeren.

Een administratieve rol binnen het projectmanagementteam, die de projectmanager ondersteunt door bepaalde administratieve diensten te verrichten en specialistische ondersteunende taken uit te voeren

De projectmedewerkers die tezamen de specialistenwerkzaamheden uitvoeren en het projectresultaat realiseren

De fase(n) waarin het projectresultaat wordt ontwikkeld en gerealiseerd.

Een verantwoording van de projectmanager aan de opdrachtgever/stuurgroep over de aanpak en de gerealiseerde resultaten van het project.

De periode voorafgaand aan het project waarin de projectopdracht wordt geformuleerd en overeengekomen.

Zie proces verbaal van oplevering

Het opstellen van een model of prototype om een oplossing te beoordelen.

Het recht dat regels geeft met betrekking tot de bevoegdheden van overheidsorganen en over de onderlinge verhouding tussen de verschillende overheden.

De afhankelijkheid van een ander initiatief waarmee rekening gehouden dient te worden.

Een systeemgrens, waarbij verschillende (sub)systemen/elementen invloed op elkaar kunnen uitoefenen

Een contract waarbinnen deelopdrachten kunnen worden verstrekt.

Een verantwoordelijkheidsmatrix met een toedeling van de verantwoordelijkheden Responsible, Accountable, Consulted en Informed.

Een acroniem voor Red-Amber-Green en geeft aan hoe een status wordt beoordeeld op basis van de kleuren van een verkeerslicht.

Een fundamenteel aspect dat aanwezig of gereed moet zijn voordat kan worden gestart of voordat de werkzaamheden kunnen worden vervolgd.

Schriftelijk verslag.

Een techniek waarbij de luisteraar al dan niet onbewust op dezelfde golflengte van de spreker gaat zitten door bijvoorbeeld hetzelfde taalgebruik te hanteren en eenzelfde houding aan te nemen.

Het raamwerk wie aan wie rapporteert.

Het mondeling of schriftelijk verslag doen.

Een vorm van coaching die ervan uitgaat dat het niet de problemen zijn die het ons moeilijk maken, maar dat het de wijze is waarop we daarna kijken.

Het vermogen logisch te redeneren, te analyseren en te verklaren.

Een oplossingsaanpak om vraagstukken op te lossen die voortkomen uit gestructureerde informatieverzamelingen en oorzaakanalyses.

Het geheel van geschriften gewijd aan de uitleg van het recht door gezaghebbende auteurs.

Een investeringsanalyse die uitgaat van de opties en hun potentie die zich kunnen voordoen gedurende de realisatie van die investering.

Het recht waarop partijen in onderlinge overeenstemming mogen afwijken (in privaatrecht ook wel het aanvullend recht genoemd).

Een contract waarbij werkzaamheden worden verricht tegen een vaste vergoeding per eenheid, die alle projectkosten dekt inclusief een toeslag of winstpercentage.

Een test of alle onderdelen van het systeem na een aanpassing nog goed functioneren.

Een slip-chart waarbij het nog benodigde percentage van een meetwaarde wordt afgezet ten opzichte van het originele plan.

De verzameling van producten bij een gefaseerde overdracht, die als een eenheid wordt gemanaged, getest en geimplementeerd.

Het rendement op het geïnvesteerd vermogen.

Een verzoek om informatie.

Een verzoek om een uitgebreide aanbieding te doen.

Een verzoek om een prijsopgave.

Niet aan de aandeelhouders uitbetaalde deel van de winst.

Waardering, achting of eerbied hebben voor iemand om zijn kwaliteiten of vaardigheden.

Een matrix welke een overzicht geeft wie in een project verantwoordelijk is voor de realisatie van de verschillende werkpakketten.

Het overgebleven risico of kans nadat risico- of kansmaatregelen zijn uitgevoerd.

Een gebrek of omissie die is vastgesteld tijdens de opname en die nog verholpen dient te worden.

Een lijst met alle gebreken die tijdens de oplevering zijn geconstateerd en die nog moeten worden verholpen.

Resultaat voor belasting minus vennootschapsbelasting.

Bedrijfsresultaat minus financiële baten en lasten.

De aandacht van personen en/of een team op de te realiseren doelen.

Een verplichting om een vooraf gedefinieerd resultaat in een bepaalde tijd en tegen een bepaalde vergoeding op te leveren.

Een vraag waar je zelf helemaal geen antwoord op verwacht, hooguit een instemmend gebrom.

De evaluatie op het einde van een Sprint (timebox).

De netto winst / investering.

Specialistendocumenten die aangeven hoe het eindresultaat daadwerkelijk is geworden.

Een situatie of gebeurtenis die zich in de toekomst kan voordoen en die mogelijk negatieve gevolgen heeft voor het project.

Een hierarchische uitsplitsing van mogelijke risico's en kansen.

De mate waarin de opdrachtgever/ het hoger management niet bereid in om risico's te nemen en kansen te pakken.

De mate waarin de opdrachtgever/het hoger management bereid in om risico's te nemen en kansen te pakken.

De mate waarin het project aan risico’s en kansen is blootgesteld.

Een categorie van risico's- en kansen waarin risico's- en kansen kunnen worden geclassificeerd.

Een persoon verantwoordelijk voor het managen van een individueel toegewezen risico of kans.

De tijdsperiode waarin een risico of kans kan optreden.

Zie risico- en kanslogboek.

Een actie om de blootstelling aan risico’s en de mogelijkheid om kansen te realiseren op een voor de organisatie acceptabel niveau te brengen.

Een categorie van risico- en kansmaatregelen waarin risico- en kansmaatregelen kunnen worden geclassificeerd.

Een grafische weergave van de waarschijnlijkheid en de impact van de geidentificeerde risico’s en kansen.

Een logboek van de geïdentificeerde risico’s en kansen, inclusief de bijbehorende status, geschiedenis en risico- en kansmaatregelen.

De grenswaarde van een risico of kans waarboven naar het naasthogere management over dat risico of die kans moet worden geëscaleerd.

De lijn in het risico- en kansprofiel die aangeeft welke combinatie van waarschijnlijkheid en impact wel en niet binnen de risico- en kanstolerantie vallen.

Een persoon verantwoordelijk voor het uitvoeren van een risico- of kansmaatregel als deze maatregel niet kan worden uitgevoerd door de risico-of kanseigenaar.

Een verplichte inventarisatie en evaluatie van de veiligheids- en gezondheidsrisico's in het kader van de Arbowet.

Een reserve voor te maken kosten als specifieke vooraf voorziene risico’s optreden.

Het geheel van managementactiviteiten om kansen en risico’s te beheersen.

De strategie die de procedures, verantwoordelijkheden en technieken beschrijft voor het managen van risico’s en kansen.

Een samenhangend pakket aan taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden die door een of meer personen vervuld kan worden.

De beschrijving van de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden voor een specifieke rol.

De taakuitvoering, gedrag, houding en uiterlijke kenmerken die horen bij de uitvoering van een bepaalde rol.

De persoonlijke wijze waarop iemand invulling geeft aan de rolinhoud.

Het onbewust overnemen (van delen) van de rolinhoud van anderen.

De impliciete en expliciete verwachtingen van de omgeving ten aanzien van de manier waarop de rolinhoud vorm en inhoud behoort te krijgen.

Het uitvoeren van werkzaamheden volgens vaste procedures en instructies.

Al datgene wat de communicatie verstoort.

Een visualisering van waarnemingen in de tijd.

Een visualisering van waarnemingen van twee variabelen ten opzichte van elkaar.

Een inschatting van de ontwikkeling uitgaande van verschillende condities (scenario's).

De scenarioanalyse en het definiëren en plannen van acties die moeten worden genomen om adequaat te kunnen anticiperen op de mogelijke scenario’s.

Een inschatting van de ontwikkeling uitgaande van verschillende condities (scenario's).

Het kritisch analyseren van uitkomsten van waarschijnlijkheidsberekeningen.

Het bij benadering bepalen van een waarde.

Technieken om een goede schatting te kunnen maken.

het totaal van de op te leveren producten, diensten en uit te voeren activiteiten.

Een langzame en bijna ongemerkte uitbreiding van de scope, zonder dat de nieuwe scope expliciet wordt vastgesteld.

Een specifieke agile-methode voor procesontwikkeling.

Het takenbord waarop het nog uit te voeren werk, het onderhanden werk en het gerede werk in een Sprint wordt aangegevan.

Een gedefinieerde bijeenkomst in de methode Scrum.

Het overleg tussen verschillende Scrum-teams om het werk inhoudelijk op elkaar af te stemmen.

Een dienend leider die verantwoordelijk is voor het Scrum proces.

Gevolgrisico of -kans

Criteria waarop gekwalificeerde partijen worden geselecteerd om uit te nodigen voor een aanbieding of offerte.

Een vorm van interne ruis waarbij de ontvanger slechts dat waarneemt wat appelleert aan zijn gevoels- en overtuigingswereld.

De rol die de gebruikers vertegenwoordigt in de stuurgroep.

De rol die de leveranciers vertegenwoordigt in de stuurgroep.

Een overeenkomst tussen een leverancier en en klant over diensten die door de leverancier aan de klant worden geleverd.

Een lijst van uit te nodigen partijen om een aanbieding of offerte in te dienen.

Het leren via instructies hoe iets gedaan moet worden.

Een grafische weergave van een verwachte waarde zoals die op verschillende momenten in de tijd werd ingeschat afgezet ten opzichte van het originele plan.

Een encroniem voor het maken van goede afspraken en staat voor Specifiek - Meetbaar - Acceptabel - Realistisch - Tijdgebonden.

De gevoeligheid voor de interne verhoudingen met betrekking tot de sociale en culturele verschillen tussen de verschillende personen en groeperingen en de daaruit mogelijk voortvloeiende discriminatie en subtielere achterstellende mechanismen.

De mate waarin een onderneming in geval van liquidatie in staat is aan haar verplichtingen te voldoen.

Het maximaal aantal personen dat effectief direct kan worden aangestuurd.

Een toestand van grote aandacht, meestal bij onzekerheid over de afloop van een gebeurtenis.

Een document dat tijdens het project wordt opgesteld om het eindresultaat te realiseren.

Het dossier dat de inhoudelijke documentatie omvat.

Een product dat moet worden gerealiseerd om het projectresultaat op te kunnen leveren conform de specificaties.

Een gedetailleerde beschrijving van de criteria waar een product aan voldoet c.q. moet voldoen.

Een (groeps)gesprek waarin feedback en informatie wordt verkregen in een directe confrontatie van luisteren en doorvragen.

Een vertegenwoordiger van het hoogste management in een organisatie, die het project ondersteunt.

Entiteit die het programma initieert en beëindigt en de uiteindelijke budgetten goedkeurt.

Een vaste tijdsperiode (timebox) van 1 tot 4 weken waain een werkend stuk software moet worden opgeleverd.

Het geheel aan functionaliteiten die in de komende Sprint moet worden ontwikkeld.

De workshop na de Start of Sprint waarin het Ontwikkelteam het benodigde werk voor de komende Sprint plant.

De afsluitende workshop in een Sprint waarin de gerealiseerde producten worden gepresenteerd aan en getest worden door de gebruikers.

De permanente organisatie waarbinnen het project/programma zich afspeelt.

Een afdeling die de leiding ondersteunt in haar managementtaken.

Zie belanghebbende.

De strategie die de procedures, verantwoordelijkheden en technieken beschrijft voor het betrekken van de belanghebbenden en managen van de verwachtingen.

Een geheel van verantwoordelijkheden, processen, procedures en technieken voor algemeen en herhaald gebruik met de bedoeling hierin zo veel mogelijk orde te scheppen.

Een maat voor de spreiding van een reeks waarden, zijnde in een grafische weergave waar de bolling van de curve overgaat in een holling.

De workshop bij de start van de Sprint waarin de Producteigenaar de in die Sprint te ontwikkelen functionaliteiten toelicht aan de hand van User Stories.

Het kunnen variëren in gedrag, teneinde effectief invloed uit te oefenen op de belangensfeer, de machtssfeer, het onderhandelingsklimaat, de flexibiliteit en de opstelling van de onderhandelaars.

De manier waarop een organisatie haar doelen wil bereiken.

Een visualisering hoe een organisatie waarde kan creëren door de strategische doelen door middel van oorzaak- en effectrelaties met elkaar te verbinden.

De uitkomst die je hoopt te bereiken als resultaat van de onderhandeling.

Een langdurige of plotseling heftige verstoring van het evenwicht tussen belasting en belastbaarheid.

Een geheel van technieken en therapeutische behandelingen gericht op het verminderen van fysieke, emotionele en rationele spanning.

Een test van het systeem bij een piekbelasting.

Zie balkenschema.

Een visualisering van een proces.

De wet die stelt dat mensen pas geneigd zijn te starten met de werkzaamheden als de start van de werkzaamheden kritiek wordt.

Een aspect die een sterke invloed heeft op het al dan niet succesvolle verloop van een project.

Een vraag met een onderhuidse boodschap.

De kosten die tot nu toe aan een investering zijn besteed.

Banen in een productstroomschema, waarbij per baan alle producten van dat stroomschema worden getekend die door één en dezelfde partij moeten worden gerealiseerd.

Een analysemethode, waarbij wordt gekeken naar de (on)mogelijkheden voor de organisatie in zijn omgeving. SWOT is een acroniem voor Strength - Weaknesses - Opportunities - Threads.

Een analysemethode, waarbij wordt gekeken naar de (on)mogelijkheden voor de organisatie in zijn omgeving. SWOT is een acroniem voor Strength - Weaknesses - Opportunities - Threads.

Een geheel van samenhangende of elkaar beïnvloedende elementen.

Een werkwijze om verschijnselen te bestuderen als een geheel met een onderlinge samenhang en in wisselwerking met de omgeving.